In de strijd tegen de klimaatverandering valt er nog heel wat winst te rapen binnen het Belgische woningenbestand. België heeft een overwegend verouderd gebouwenpark dat mee verantwoordelijk is voor een groot deel van de huidige CO² uitstoot. Vandaag wordt jaarlijks nauwelijks 1% van dat patrimonium vernieuwd. De ambities van de Vlaamse Overheid om tegen 2050 alle bestaande woningen even energiezuinig te willen maken als de nieuwe van vandaag liggen terecht hoog. Ze speuren ijverig naar mogelijkheden om renovatie te stimuleren, te ondersteunen, te sensibiliseren en de gevreesde lock-in effecten te vermijden. Op zoek naar hefbomen, om alle doelgroepen in onze maatschappij te kunnen bereiken, wil ze hierin dan ook investeren.

Één van haar pistes is de ontwikkeling van een nieuw deskundigenprofiel: de renovatieadviseur of renovatiebegeleider. Een andere piste is de subsidiëring van een aantal instanties om gratis of toch bijna gratis advies te verlenen aan particulieren. Deze adviseurs en instanties zouden op pad gestuurd worden met nieuw ontwikkelde tools, moeten advies op maat brengen, informeren, een renovatieplan maken met timing, meetstaten opstellen en prijzen vergelijken, kostenramingen maken, energiebesparingen berekenen, de werken begeleiden en controleren, een centraal aanspreekpunt zijn, ... .

 

Over één zaak zijn we het eens. Elke eigenaar heeft van bij de start nood aan een helder advies dat duidelijk de ambities en de te nemen stappen vast legt om zijn einddoel, desnoods gefaseerd, te kunnen bereiken.

 

Maar, de voorstellen die nu op tafel liggen doen ons toch wel de wenkbrauwen fronsen.

 

De focus ligt grotendeels op het aspect energie. Daardoor blijven een heleboel andere en - we wikken onze woorden - minstens even essentiële vragen compleet buiten beeld. Veel te dikwijls wordt een renovatieproject, een zwart gat waarin premies, fiscale voordelen en andere materie van financiële ondersteuning verdwijnen zonder dat ze de beoogde resultaten hebben opgeleverd. Een triest fenomeen, zeker in tijden van besparingen, waarin de middelen schaars zijn.

 

Nodig is ‘een volledige masterplan aanpak’ waarin rekening wordt gehouden met de bouwfysische staat van de woning, de ligging en oriëntatie, het comfort van de bewoners, hergebruik van ruimte, slimme ruimtelijke ordening om bijvoorbeeld bij afbraak een antwoord te bieden op het verdichtingsvraagstuk, toegankelijkheid, een rationele planning van de ingrepen en een optimale balans tussen de doeltreffendheid en de kostprijs van de werkzaamheden, ... . Om dat alles in goede banen te leiden, is er geen zoveelste nieuwe speler op de al overbevolkte vastgoedwerf nodig.

 

 

De nieuwe renovatieadviseur, een wonderwoman of superman?

 

De omschreven taken van deze nieuwe ‘renovatieadviseurs’ omvatten integraal de taken van een groot deel van de architecten die zich, sinds bouwgronden schaarser werden, zijn gaan toeleggen op de renovatiemarkt.

Vandaag hebben we energiedeskundigen, ventilatieverslaggevers, ingenieurs technieken, technische experts, zelfs niche-aannemers die zich op een deelaspect zijn gaan specialiseren. Al deze spelers hebben zich vandaag bekwaamd en worden vaak samengebracht door de architect die een ruime kennis koppelt aan een helikopterzicht om een breed en onderbouwd advies te kunnen afleveren.

 

De nieuwe ‘renovatieadviseur’ moet wel een ‘wonderwoman of ‘superman’ zijn om zonder uitgebreide vorming en ervaring al deze competenties in 1 persoon te bevatten. Veel wordt verwacht van rekentools en checklists, zoals de voorstellen nu op tafel liggen.

 

Daarnaast moeten we ons ook, de vraag durven stellen welke garanties deze adviseurs bij eventuele schadegevallen zullen bieden. Elke architect is vandaag 10 jaar aansprakelijk en wettelijk verplicht verzekerd voor de door hem gegeven adviezen en de gecontroleerde uitvoeringen.

De renovatieadviseur verdwijnt, zonder enige verantwoordelijkheid, na zijn gesubsidieerd advies van het terrein en verwijst, meestal enkel in het geval van vergunningsplichtige ingrepen, door naar een architect die vervolgens het huiswerk zal over doen.

 

Overheid, investeer wijs

 

We durven onze bevoegde overheden dan ook suggereren hun goed bedoelde investeringen te heroriënteren.

 

Investeer bijvoorbeeld in het in kaart brengen van de probleemzones Vlaanderen. Ontwikkel initiatieven om eigenaars te overtuigen om over te gaan tot sloop en wederopbouw. Help ‘noodkopers’, die niet over de financiële middelen beschikken om afdoend te renoveren, aan alternatieve woonoplossingen.

 

Sensibiliseer woningeigenaars en wijs hen de weg naar de reeds aanwezige, onafhankelijke en bekwame adviseurs op de bouwmarkt. Roep de hulp in van de beroepsfederaties om de lijst van kwalitatieve adviseurs samen te stellen.

 

Koppel de premies aan de opmaak van een verplicht globaal renovatieplan. Investeer in onderzoek naar innovatieve materialen zodat renovaties betaalbaar worden voor alle eigenaars. Durf eens over de muur te kijken naar bijvoorbeeld initiatieven in de gezondheidszorg waar je vanaf een bepaalde leeftijd wordt opgeroepen om je medisch te laten screenen en zonder enig tussenpersoon terecht komt bij je huisarts, radioloog, ... . De diagnose eindigt in ‘je globaal medisch dossier’.

 

Of kijk eens naar pistes zoals de zorg voor je auto, waarbij je verzocht wordt om jaarlijks naar de keuring te gaan, je zonder enig tussenpersoon bij je garagist een onderhoud laat doen, vervolgens de keuring passeert en de resultaten finaal in je ‘carpas’ geregistreerd worden.

 

Voor een investering in een doordachte en grondige renovatiegolf is het 5 voor 12, niet voor de ontwikkeling van een zoveelste nieuwe speler in het al overbevolkte bouwlandschap.

 

NAV weet zich in deze oproep gesteund door duizenden architecten en andere bouwactoren. Zij vertolken al jaren een voortrekkersrol bij het streven naar duurzame, innovatieve en energiezuinige woonvormen.