Nieuws

VCB wil tendens naar later lenen ombuigen

12 januari 2017

De recente cijfers van KBC bevestigen een trend die gedurende de laatste tien jaar almaar duidelijker wordt: steeds minder jongeren gaan een hypothecaire lening aan. Een belangrijke reden is de eigen inbreng die banken vragen, klinkt het bij de Vlaamse Confederatie Bouw. De VCB dringt er dan ook al langer op aan bij de Vlaamse regering om een deel van de gevraagde eigen inbreng te dekken via een waarborg- of een verzekeringssysteem.

Voor de bankencrisis van 2008 konden kandidaat-bouwers en -verbouwers nog voor 100% van de investering lenen. Die tijd is intussen voorbij. Tegelijk is bouwen duurder geworden. Er wordt immers te weinig gebouwd in verhouding met de bevolkingsgroei, aldus de VCB. Op die manier dreigt de woningbouw in een neerwaartse spiraal terecht te komen.

 

Dankzij een verzekering of een overheidswaarborg voor (een deel van) het opgelegde eigen aandeel, zullen een groter aantal gezinnen dan nu een eigen woning kunnen verwerven. Met deze steun wil de VCB met name kandidaat-eigenaars steunen die wel voldoende solvabel zijn op basis van hun huidig inkomen maar onvoldoende eigen middelen hebben.

 

Een aantal (vooral jongere) kandidaat-eigenaars kunnen nu geen lening krijgen omdat zij met het geld dat ze nog moeten lenen, het maximaal leenpercentage overschrijden. Dat maximum bedraagt vaak 80% van de waarde van het onroerend goed. Het aantal gevallen waarin de verzekering of de waarborg moet worden aangesproken, zal beperkt zijn. Het aandeel wanbetalingen bij hypothecaire leningen is in het algemeen al beperkt. Bovendien beoogt de VCB met haar maatregel in se solvabele gezinnen.

 

De VCB verwacht dat dankzij zo’n waarborg- of verzekeringssysteem per jaar circa 2.000 extra gezinnen en dan vooral jongere gezinnen de mogelijkheid zullen krijgen om een nieuwe woning te bouwen of een bestaande woning grondig te renoveren.

 

Deze steunmaatregel wordt des te meer dringend omdat verwacht wordt dat het momenteel historisch lage rentepeil in de nabije toekomst opnieuw gaat stijgen.