Nieuws

NAV en VCB informeren leden over verschillende isolatiematerialen

16 mei 2017

Sinds begin dit jaar kennen de isolatiematerialen polyurethaan (PUR) en polyisocyanuraat (PIR) een extreme prijsstijging en uitzonderlijk lange levertijden. Naar aanleiding van deze problemen wijzen VCB en NAV op een aantal mogelijke alternatieven. Maar elk isolatiemateriaal heeft specifieke eigenschappen. VCB en NAV zullen hun leden sensibiliseren en informeren over de verschillende mogelijkheden.

Polyurethaan (PIR/PUR) is een kunststofschuim dat geproduceerd wordt op basis van drie componenten waarvan MDI het belangrijkste onderdeel is. De productie van MDI staat onder druk omwille van de stijgende mondiale vraag en van enkele incidenten die zich bij de belangrijkste producenten voordeden, namelijk een chemisch incident in Duitsland, ontploffing in China (met telkens enkele doden) en een andere fabriek werd stilgelegd voor haar driejaarlijks onderhoud.

 

Naast PUR/PIR dat vandaag leveringsmoeilijkheden kent, zijn er nog andere mogelijkheden. Voor lopende bouw- en renovatiewerken is het echter niet altijd mogelijk om voor andere isolatiematerialen te kiezen. Daarbij moet onder meer rekening worden gehouden met de eisen die zijn opgenomen in het bestek. In welke mate is het mogelijk de vooropgestelde isolatiewaarde te bereiken? In welke mate is daarvoor in de constructie de nodige ruimte beschikbaar? En niet onbelangrijk: de kostprijs.

 

Om een dakisolatiepremie te bekomen moet de R-waarde minstens 4,5 m²K/W bedragen. Als er wordt geïsoleerd met PUR of PIR, is 10 à 15 cm genoeg. Met bijvoorbeeld glaswol is 14 à 18 cm nodig en met kurk 17 à 18 cm.

 

In functie van de bouwmogelijkheden zijn er dus verschillende isolatiematerialen mogelijk. VCB en NAV zullen hun leden hiervoor sensibiliseren en informeren om zo voor de klanten de meest prijsgunstige oplossingen te vinden die tegelijk aan de gestelde voorwaarden voldoen in het kader van de EPB-regelgeving en aan de gestelde eisen voor bepaalde premies.