
Architect en stedenbouwkundige Alexander D’Hooghe bewees in het Oosterweeldossier al het nut van een intendant voor complexe dossiers. (Foto Imagedesk.be/Tim Dirven)
Op het vlak van energiezuinigheid van gebouwen maakt de bouwsector reeds geruime tijd een forse transitie door. Ook de toekomstige jaren zal de lat steeds hoger worden gelegd. Tot 2021 wordt het verplichte E-peil voor nieuwbouwwoningen stapsgewijs aangescherpt tot E30 vanaf 2021. Elke bouwaanvraag die vanaf 2021 ingediend wordt, zal moeten voldoen aan de BEN of Bijna-Energieneutrale eisen.
Meersporenbeleid nodig
Het economisch en technisch optimum van wat door de wet wordt opgelegd is momenteel echter dikwijls al bereikt. Bovendien is de EPB-regelgeving de voorbije jaren geëvolueerd tot een waar kluwen aan eisen waardoor je door de bomen het bos niet meer ziet. NAV pleit daarom voor een meer pragmatische aanpak van het EPB-beleid en een globaal vereenvoudigde aanpak. Daarnaast moeten we de klimaatdoelstellingen op meerdere sporen trachten te bereiken.
Een klimaatintendant kan daartoe een middel zijn. Die moet in volle onafhankelijkheid zijn visie en de kennis naar alle stakeholders kunnen uitdragen. Een horizontale werking moet daarbij mogelijk zijn. Immers, voor een efficiënt klimaatbeleid moet er niet alleen op het domein Energie werk verricht worden maar ook met de diverse beleidsdomeinen zoals Mobiliteit, Omgeving, Wonen,… Een transversale werking moet de klimaatintendant in staat stellen om de noodzakelijke allianties aan te gaan, zowel met Vlaamse als met lokale en bovenlokale overheden.
Architecten als compagnon de route in bouwshift
Eén van de manieren om onze voetafdruk te beperken is minder ruimte in te nemen, de zogenaamde bouwshift. Het begrip wordt, mede door de spijtige term ‘betonstop’, vaak verengd tot stoppen met bouwen, terwijl de opgave in feite bestaat uit een andere manier van bouwen, afhankelijk van de context. De traditionele bouwcontouren overstijgen en nieuw mogelijkheden creëren: inbreiding, zorgwonen, cohousing, andere vormen van opdrachtgeverschap. Architecten spelen binnen deze tendensen een belangrijke voorloperrol.
Inzetten op een verdicht nieuw en slim ruimtegebruik is een zeer grote taakstelling voor de gehele bouwsector, en voor architecten in het bijzonder. De impact van de doelgroep van architecten op de ruimtelijke ordening en het bodemgebruik is immers groot. NAV vraagt daarom om de architect mee te nemen als ‘compagnon de route’ bij de verdere uitrol van het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen, waar de zogenaamde bouwshift deel van uitmaakt.
Roep om coherenter beleid over gemeentegrenzen heen
Als architecten verlangen we ook meer steun van de overheid. Niet alleen om bouwheren te sensibiliseren en te stimuleren, maar ook voor een meer flexibele regelgeving. Zeker op lokaal niveau staan ambtenaren al te vaak op de rem bij de beoordeling van een aanvraag. Nog te veel gemeenten maken bovendien lokale verordeningen, die elkaar geregeld tegenspreken. Maar ruimte stopt niet aan een gemeentegrens. NAV pleit voor een gebiedsgerichte benadering en een algemeen kader op Vlaams niveau. Binnen die grotere kaders moeten gemeenten uiteraard voldoende vrijheid krijgen om lokale accenten te leggen.
RECENTE UPDATES
- Gebruik de economie om extra natuur te creëren
- Hoe duurzame materialen gebruiken zonder het jezelf moeilijk te maken? (VIDEO)
- 'De renovatieverplichting is een noodzakelijke maatregel, maar geen allesomvattende'
- Er moet een cultuurshift komen zodat kopers zich beter informeren – analyse Vlaams renovatiebeleid