Nieuws

Impact corona op diverse procedures: een overzicht

Emma Vanderstraeten, RAUM • 9 april 2020

Ook in erfgoed, archeologie, ruimtelijke planprocessen en procedures bij bestuursrechtscolleges worden alle openbare onderzoeken of publieke consultatierondes opgeschort. Verschillende termijnen worden verlengd.

De Vlaamse Regering ondernam in het kader van de strijd tegen het coronavirus reeds actie om de beslissingstermijnen voor vergunningsprocedures te verlengen en om enkele procedurele aanpassingen door te voeren.

 

Op 27 maart keurde de Vlaamse Regering; in navolging van het decreet dat de civiele noodsituatie uitroept, drie nieuwe uitvoeringsbesluiten goed die een impact hebben op de termijnen en de organisatie van openbare onderzoeken in erfgoed- en archeologische procedures, bij allerlei ruimtelijke processen zoals de opmaak van RUP’s en verordeningen, en bij procedures voor de Raad voor Vergunningsbetwistingen en het Handhavingscollege. 

 

Alle openbare onderzoeken of publieke consultatierondes worden opgeschort. Verschillende termijnen worden verlengd. In onderstaand artikel vindt u een overzicht van de wijzigingen.

 

Erfgoed en archeologie

 

De Vlaamse Regering besloot om dezelfde flexibiliteit voorop te stellen bij erfgoedprojecten als bij lopende vergunnings- en beroepsdossiers (zie het eerder verschenen artikel hieromtrent. Er worden twee maatregelen genomen, met name in het doorvoeren van enkele procedurele wijzigingen, en in een verlening van de termijnen uit het Onroerenderfgoeddecreet en het Onroerenderfgoedbesluit.

 

Procedurele wijzigingen

 

Een eerste procedurele wijziging heeft betrekking op communicatiekanalen. Voortaan kan alle communicatie via email gebeuren in plaats van via een beveiligde zending. Beslissingen i.v.m. archeologie worden per email aan de archeoloog kenbaar gemaakt, die op zijn beurt de bouwheer en architect verwittigt. Overlegmomenten van adviserende en/of beslissende overheden kunnen ofwel schriftelijk gebeuren, ofwel via tele/videocall.

 

Een tweede procedurele wijziging gaat over de adviesverplichting. In pre-coronatijden werd het uitblijven van een advies van het Agentschap Onroerend Erfgoed als een gunstig advies beschouwd. Tijdens de noodsituatie is een niet-uitgebracht advies niet langer automatisch gunstig. Er kan wel worden voorbijgegaan aan een adviesvereiste, m.a.w. de vergunningverlenende overheid hoeft niet te wachten op het advies van het Agentschap om een beslissing te nemen.

 

Termijnen

 

Parallel aan de wijzigingen bij vergunningsprocedures worden de openbare onderzoeken geschorst en verdergezet (ten vroegste) na 24 april. Gelet op de maatregelen die oproepen om enkel essentiële verplaatsingen te doen en een ‘social distance’ te respecteren is de organisatie van een openbaar onderzoek niet mogelijk.

 

Concreet voor de erfgoedwetgeving gaat het over openbare onderzoeken in het kader van de opname van een pand op de inventaris bouwkundig erfgoed. Bezwaren en opmerkingen die in tussentijd worden ingediend, blijven geldig. In dat opzicht kan men beter spreken over een ‘verlenging’ van het openbaar onderzoek dan van een ‘schorsing’.

 

Beroepsprocedures worden verlengd met 30 dagen en bedragen nu 60 dagen.  Het gaat bijvoorbeeld om een beroep tegen een beslissingen i.v.m. archeologie, zoals een toelatingsvraag om archeologisch vooronderzoek op te starten of de aktename van een archeologienota.

 

Enkele specifieke procedurele termijnen; waar je als architect weinig mee in aanraking zal komen, worden verlengd met zes weken. Het gaat om het instellen van een beroep tegen een beslissing tot toepassing van bestuursdwang of tegen een beslissing tot opleggen van een last onder dwangsom.

 

Tijdens een beschermingsprocedure voor een bescherming als monument, stadsgezicht, cultuurhistorisch landschap of als archeologische site, wordt een pand of site in een eerste procedurele stap aangeduid als ‘voorlopig beschermd’. De eigenaar van het pand of de site die binnen de bescherming valt, wordt op zijn verzoek gehoord. De aanvraagtermijn om gehoord te worden tijdens deze procedure, verdubbelt van 30 naar 60 dagen.

 

Na een voorlopige bescherming moet de zakelijkrechthouder de gebruiker van het pand of de site op de hoogte brengen van de beschermingsprocedure.  Ook de termijn om de gebruiker op de hoogte te brengen, verdubbelt naar 60 dagen. Het Agentschap Onroerend Erfgoed vraagt echter om dit zo snel mogelijk te doen, gelet op de maatregel dat dit per email kan gebeuren.

 

Het uitvoeren van bepaalde werken (bijvoorbeeld het vervangen van ramen, deuren en poorten bij een beschermd monument) hebben een voorafgaandelijke toelating nodig van het Agentschap Onroerend Erfgoed. De geldigheidsduur van de toelatingen wordt verlengd voor de tijd dat de noodsituatie duurt, zodat de werken ook nadien van start kunnen gaan zonder een nieuwe toelating te moeten aanvragen.

 

In sommige gevallen kan een premie worden aangevraagd voor archeologisch onderzoek; met name voor een vooronderzoek met bodemingrepen en voor buitensporige opgravingskosten. De indientermijn voor zo’n premie-aanvraag wordt verlengd tot zolang deze noodsituatie duurt.

 

Dit besluit is van toepassing van 24 maart tot en met 24 april. De einddatum kan worden verlengd door de bevoegde minister.

 

Het Agentschap Onroerend Erfgoed laat weten dat architecten nog steeds contact kunnen opnemen met hun vaste aanspreekpunt voor vragen over een concreet dossier.


Allerhande ruimtelijke processen

 

Een tweede uitvoeringsbesluit van de Vlaamse Regering heeft betrekking op procedures in het kader van ruimtelijke beleidsplanning en complexe projecten en op procedures die de opmaak van RUP’s, plan-MER’s, stedenbouwkundige verordeningen en planologische attesten regelen. Door het verlengen van enkele termijnen en het opschorten van openbare onderzoeken probeert men de nodige flexibiliteit in te bouwen om te kunnen omgaan met de maatregelen genomen in het kader van de coronacrisis. .

 

Zoals reeds eerder aangehaald en ook in verschillende andere procedures van toepassing is, worden alle lopende openbare onderzoeken en publieke inspraakmomenten of informatievergaderingen opgeschort en worden er ten vroegste nieuwe georganiseerd na 24 april. De minister kan deze termijn verlengen, wat hoogstwaarschijnlijk ook effectief zal gebeuren.

 

Het besluit is van toepassing voor procedures tot opmaak van een beleidsplan, een beleidskader, een gewestelijk/ provinciaal/ gemeentelijk RUP, een gewestelijke/ provinciale/ gemeentelijke stedenbouwkundige verordening, een planologisch attest en een plan-MER. Net zoals bij de procedures in het kader van de erfgoedwetgeving en de omgevingsvergunning, blijven bezwaren en opmerkingen die in tussentijd worden ingediend geldig. In dat opzicht kan men beter spreken over een ‘verlenging’ van het openbaar onderzoek dan van een ‘schorsing’.

 

Ook de openbare onderzoeken bij projecten die de procedure uit het decreet ‘Complexe Projecten’ volgen, worden opgeschort of later opgestart.

 

Bij de opmaak van een RUP of van een stedenbouwkundige verordening werd de termijn om over te gaan tot de definitieve vaststelling (al dan niet na een schorsing door een hogere overheid) verlengd met 30 dagen. Een overheid mag uiteraard vroeger overgaan tot de definitieve vaststelling van het RUP of de verordening. De verlengde termijn hoeft niet te worden uitgeput.

 

Alle commissies en adviesraden die nodig zijn tijdens deze procedures gebeuren schriftelijk of via videoconferentie.   

 

Raad voor Vergunningsbetwistingen en Handhavingscollege

 

Tijdens een procedure bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen (voortaan: RvVb) of bij het Handhavingscollege (voortaan: HHC) moeten heel wat nota’s worden aangeleverd binnen dwingende termijnen. Ook het indienen van een beroep gebeurt binnen een dwingende termijn. Zoals bij het indienen van een bezwaar tijdens een openbaar onderzoek, heeft de opmaker van de nota of de beroepsindiener nood aan inzage van het dossier. Doordat niet alle informatie digitaal beschikbaar is, en doordat de gesloten gemeentehuizen een analoge inzage van het dossier verhinderen, is er nood aan een verlenging van de dwingende termijnen. Bovendien werkt het personeel van de rechtscolleges van thuis, zodat er meer tijd nodig is om processtukken te verwerken.

 

Onderstaande termijnen werden verlengd, via het derde Besluit Vlaamse Regering waarvan sprake in de inleiding, dat onmiddellijke uitwerking heeft:

 

  • De termijn om beroep in te dienen bij de RvVb of het HHC: + 30 dagen;
  • De termijnen om nota’s in te dienen, met uitzondering van een schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid (voortaan: UDN-procedures): + 30 dagen.

 

De dienst waaronder de RvVb en het HHC vallen, de Dienst Bestuursrechtscolleges, roept betrokken partijen van lopende dossiers op om geen behandeling ter zitting in Brussel te vragen, zodat de zaak meteen in beraad kan worden genomen en schriftelijk kan worden behandeld.  

 

Voor UDN-procedures; de zeer dringende dossiers, is een afwijkende zittingsregeling voorzien en kan de rechtbank per email op de hoogte worden gebracht van de indiening van zo’n dossier.

 

Het Besluit Vlaamse Regering is van toepassing vanaf 27 maart 2020 tot en met 24 april 2020 (verlengbaar), zowel op alle lopende dossiers, als op dossiers die aanvangen binnen deze periode. Hierna volgen twee voorbeelden om dit te verduidelijken:

 

  • Voorbeeld van een lopend dossier: stel dat de deputatie een vergunning in graad van beroep weigerde op 14 maart, dan wordt de termijn om als aanvrager beroep aan te tekenen bij de RvVb verlengd met 30 dagen, te tellen vanaf de betekening.
  • Voorbeeld van een dossier dat aanvangt binnen noodsituatie: stel dat de deputatie op 9 april een beslissing betekent, dan heeft de aanvrager de normale termijn, zijnde 45 dagen, + 30 dagen wegens de noodsituatie (= 75 dagen) de tijd om beroep aan te tekenen bij de RvVb.