Nieuws

IN MEMORIAM Pierre (Piet) Ketsman (1933-2020)

15 april 2020

Pierre Ketsman, voormalig voorzitter van de AVPL (de vroegere architectenvereniging provincie Limburg), de provinciale raad van de Orde van de provincie Limburg , nationaal afgevaardigde en ex-voorzitter van de FAB, is op donderdag 9 april overleden aan de gevolgen van corona. Dat meldt ons zijn zoon Peter. NAV biedt de familie zijn innige deelneming aan en betuigt zijn diepste respect voor de vele tijd die Piet belangeloos en vaak ten koste van zijn eigen praktijk in het beroep van architect heeft geïnvesteerd.

In april 2017 gaf Piet Ketsman nog een interview aan zijn vriend en dorpsgenoot Felix Bergers van het krantje “Aldegondisklokje” van de plaatselijke heemkundige kring. Met de goedkeuring van de auteur geven we hierna het interview weer:

 

IN GESPREK MET PIET KETSMAN

Bent u van Maaseik afkomstig?

Niet van geboorte. Ik ben in Hasselt geboren, aan de Maastrichtersteenweg. Op 11 februari 1933 was dat. Daarna bouwden mijn ouders aan de Kuringersteenweg 192 in Hasselt.

 

Maar de familienaam Ketsman komt toch nog van verder…

Ja, mijn vader was een Gentenaar. Hij kwam beroepshalve naar Limburg, omdat hij hier hoofdconducteur van Bruggen en Wegen werd.

 

Hoe bent u dan in Maaseik verzeild geraakt?

Dat is een tragisch verhaal. Mijn vader was voorzitter van de oorlogsvrijwilligers van ’14-’18. In de tweede wereldoorlog moest hij medewerkers en materiaal in veiligheid brengen. Hij was een van de weinige mensen die een auto bezaten -hij had die beroepshalve nodig, om de wegenaanleg te inspecteren. Ons gezin sloeg op de vlucht, en trok door heel Frankrijk. In ’44 kwamen we terug. We waren nog niet thuis, of in Kuringen kwamen ons mensen tegemoet die ons vertelden dat ons huis door de Duitsers was ingepalmd als hoofdkwartier. Later zagen we dat alle bezittingen waren geroofd, en het fotomateriaal lag op een hoop geveegd. Mijn vader, die zag hoe zijn levenswerk verloren was gegaan, begon aan “neurasthenie” te lijden zoals ze dat toen noemden. Hij stierf van verdriet. Mijn moeder is dan gaan inwonen bij haar moeder, in een huis in de Eikerstraat in Maaseik. Een huis van ongeveer 1700, dat altijd al van de familie is geweest. We trokken toen met drieën in de grootouderswoning in: mijn moeder, mijn jongere zus en ik. Mijn moeder was toen zwanger van mijn broer. Mijn hele humaniora heb ik in Maaseik gedaan, op het atheneum. Ik volgde Latijn-Grieks. Het was een goede tijd, en er werd me heel wat Maaseikgevoel aangekweekt. En ik moet toegeven, dat heeft gewerkt, ik heb me sindsdien wel Maaseikenaar gevoeld.

 

Kwam u uit een socialistische omgeving?

Nee, de familie was eerder liberaal gezind. (Noot Peter Ketsman: vader was een fervent socialist. Camille Huysmans was aangenomen familie van zijn moeder.)

 

En dan kwamen de hogere studies…

Ja, ik ben naar Gent getrokken, naar het Hoger Instituut Sint-Lucas, en studeerde daar architectuur. Later, in 1957, kreeg ik werk op het tekenbureau van de mijn André Dumont. In die tijd mocht ik het plan van de kliniek André Dumont tekenen. Door mijn werk kwam ik in Nie-bij-Asl te wonen. In 1960 kwam dan mijn huis aan de Bevrijdingslaan in As klaar, en datzelfde jaar werd ik zelfstandig architect.

 

U bent dan wel in een herkenbare stijl gaan tekenen.

Men sprak toen van de “nieuwe stijl”, met rechte lijnen en veel lichtinval.

 

Ondertussen bent u ook getrouwd.

Ik leerde mijn vrouw Christiane in mijn studententijd kennen. Ze was van Diest afkomstig, van de familie Daems, en deed haar regentaat in Leuven. Als ik met de trein naar Gent ging, maakte ik daar een tussenstop.

Christiane en ik kregen vier kinderen: Jo, Reinhilde, Dirk en Peter.

 

**

 

Terwijl we koffie dronken, probeerden we op een rij te zetten waar Piet zoal bij betrokken was buiten zijn beroepsactiviteiten. Het werd een lange lijst. Zo was hij bestuurslid en een tijd voorzitter van de fanfare De Juliusvrienden van As. Gebeten door de heemkunde werd hij betrokken bij de oprichting van onze Sint-Aldegondiskring van As, en bij de restauratie van de Sint-Aldegondiskerk –bij het openleggen van de vloer bleken er monniken begraven te liggen. Tussendoor richtte Piet nog enkele tafeltennisclubs op, en als actieve hobby-imker trok hij door de provincie om vorming te geven over bijen. Vanuit zijn beroep werd hij betrokken in de Architectenvereniging van de Provincie Limburg (AVPL), en toen hieruit de Provinciale Raad van de Orde van Architecten ontstond werd hij voorzitter. Zo nam hij ook nationale engagementen op: hij werd zelfs voorzitter van de Bond van Vlaamse Architecten, en ook voorzitter van de FAB (Koninklijke Federatie van Architectenverenigingen van België). Voorts startte hij nog de ECR op, het Europees Centrum voor Restauratietechnieken.

 

Ik herinner me nog uit mijn heel jonge jaren dat u schepen was van As

Ik was 6 jaar schepen van ruimtelijke ordening en openbare werken (na opzoekingswerk: van 1971 tot 1976). In die tijd was ik inderdaad geboeid door nieuwe stedenbouwkundige inzichten, en geraakte ervan overtuigd dat we nood hadden aan enige reglementering als we de schoonheid van onze steden en gemeenten wilden in stand houden. Op het einde van mijn carrière als architect verschoof zich dat naar een interesse in duurzame bouwstijlen.

 

U bent met één arm geboren. Is dat ook ergens bepalend geweest voor uw leven?

Ik heb altijd bij mezelf gezegd: wat een ander kan, kan ik ook. Zo ben ik gaan voetballen en zwemmen.

 

Het heeft waarschijnlijk uw karakter gesterkt?

Misschien wel.

 

(Noot Peter Ketsman: Piet was bv. ook lid van de Provinciale Commissie van Monumenten en Landschappen (vanaf 1985).)