Vrije Tribune

"Starters, wees eigenzinnig"

Jozef Hessel, architect en bestuurslid van NAV • 5 maart 2024

Architect Jozef Hessel roept jongeren op om de vicieuze cirkel van lage verloningen te doorbreken. 'Creëer, ontwerp, wees ruimdenkend en kleur buiten de lijntjes in álle facetten van het beroep.'

Jozef Hessel

Als architect ben ik trots op de gedrevenheid die ik zie bij recent afgestudeerde collega’s. Ze zijn erop gebrand een bijdrage te leveren aan de maatschappij en gaan tot het uiterste om een steentje te verleggen in de kolkende rivier van bouwen, ontwerpen, vormgeven en meerwaarde creëren. Deze toewijding staats in schril contrast met de povere realiteit binnen heel wat architectenkantoren die als inspiratie zouden kunnen dienen voor het magnum opus van Hugo Claus: Het verdriet van België.  

 

Ik vermoed dat dit meesterwerk niet langer verplichte lectuur is op de middelbare school en dat er geen reels over worden gemaakt op TikTok of Insta die de inhoud ervan levendig kunnen houden. Daarom in het kort: in de roman wordt een niet erg positief beeld geschetst over het doen en laten van een Vlaamse collaborerende familie tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. De protagonist is Louis Seynaeve, de elfjarige eigenzinnige telg van de familie die besluit om schrijver te worden. Louis is nieuwsgiering en intelligent, heeft sterke morele overtuigingen en weigert in de voetsporen van zijn collaborerende vader te treden. Hij verlangt naar vrijheid en probeert zich los te maken van de verwachtingen van zijn familie, wat natuurlijk vaak tot conflicten leidt. Waarom ik deze vergelijking maak? Omdat ik hoop dat jong afgestudeerde architecten zich zo veel mogelijk ontpoppen tot Louis Seynaeves en weigeren om te collaboreren. Jammer genoeg zie ik vaak het tegenovergestelde gebeuren.  

 

Gebrainwasht 

Ik illustreer mijn straffe uitspraak: wanneer ik mijn studenten aan de KU Leuven tijdens hun laatste masterjaar vraag wie het verantwoord vindt om als stagiair tegen een zeer laag loon te werken vanwege de schat aan kennis die ermee wordt opgedaan, dan zie ik dat de bereidheid daartoe erg groot is.

 

Dat siert de afgestudeerde architect: het doel heiligt de middelen om de stiel te leren. En hoe kan het ook anders als de Orde officieel verkondigt dat stagiairs zelf moeten onderhandelen over hogere lonen dan het minimum dat ze zelf heeft vastgelegd?

 

Vraag ik mijn studenten meteen erna of ze het verantwoord vinden om medewerkers in een kantoor niet te behandelen volgens de nationale CAO nr. 43 – dat is een collectieve arbeidsovereenkomst waarin het gewaarborgd gemiddeld minimum maandinkomen is vastgelegd –, dan zie ik nog slechts enkele hardnekkige handen overblijven.

 

Vergeef het hun: ze werden vijf jaar lang gebrainwasht door docenten die verkondigen dat lage lonen nu eenmaal de realiteit zijn binnen onze sector. Het goede nieuws is natuurlijk dat de meerderheid de hand laat zakken. Toch komen de meeste van hen niet veel later exact in deze situatie terecht. Met andere woorden: hoewel ze het als student onverantwoord vinden tijdens mijn colleges, pleiten ze in de daarop volgende jaren ‘schuldig’. 

 

Kritische reflectie 

Ik geloof dat het een openbaring voor onze sector zou zijn mochten jonge architecten hun idealen weten te behouden, maar dan binnen een maatschappelijk verantwoorde werkomgeving. Dit zou betekenen dat creativiteit, die tijdens de studiejaren zo kenmerkend was, niet verloren gaat in de harde realiteit van de professionele wereld. Het voorkomen van een grote uittocht van jonge architecten na hun dertigste vereist een kritische reflectie. Wil je werken in een sector die naast duurzame gebouwen ook duurzaam omgaat met zijn menselijk kapitaal. Of kies je voor een sector die architectuur boven alles plaatst en zich weinig aantrekt van de arbeidsomstandigheden? 

 

Vandaar mijn oproep. Kies je voor een onderbetaalde stage vanwege de leercurve, durf dan na enige tijd te evalueren en keuzes te maken, maar durf bovenal het roer om te gooien. Weiger om in een later stadium je eigen medewerkers te behandelen op een manier waaraan je je zelf ergerde tijdens je eigen stage. Creëer, ontwerp, wees ruimdenkend en kleur buiten de lijntjes in ALLE facetten van het beroep.

 

Kortom: identificeer je met de eigenzinnige schrijver, niet met zijn collaborerende familie. Alleen dan kunnen we hopen op een architecturale toekomst die zowel ethisch als creatief bloeit.